Zestiger Kees is vanaf zijn kindertijd bang van honden. Wanneer zijn vrouw Marjolein in 1998 hoort dat zij ongeneeslijk ziek is, bedenken ze wat ze nog graag zouden willen doen. Marjolein wil graag een hond. Maar het blijft er niet bij eentje…
Kees laat de dieren uit in het Amsterdamse bos, soms wel vijf tegelijk. Hoewel hij van elke vreemde hond nog steeds bang is, wordt het bos een ware passie voor Kees.